Op een zonnige middag wandel ik de Tuin van Toorop binnen, een groene oase in het hart van Slotervaart. Hier, naast de moestuinen en de stadskas, ligt buurtcafé Tante Toorop – een plek waar de buurt samenkomt, kinderen spelen, iedereen welkom is en waar duurzaamheid en verbinding centraal staan.
Oprichter Maaike ziet hoe de tuin en het café de wijk veranderen. “Mensen herkennen elkaar op straat, gewoon omdat ze hier eens samen koffie hebben gedronken. Dat contact, dat gezien worden – daar draait het om.”
Door een combinatie van doorzettingsvermogen en een sterke gemeenschap, werd Tuin van Toorop een plek waar buurtbewoners niet alleen konden ontspannen, maar ook iets konden betekenen voor elkaar. Maaike ziet de kleine verschuivingen in de buurt. “Een vrijwilliger vertelde me eens: ‘Soms praat ik dagen met niemand. Maar nu, sinds ik hier werk, word ik herkend op straat. Mensen zeggen hallo.’ Dat lijkt klein, maar het is alles.”
Eten, leren, verbinden
Op woensdagen wordt de houtoven aangestoken, dan kan iedereen langskomen om brood af te bakken en recepten uit te wisselen. Op donderdag avond kun je bij het cafe voor een klein bedrag bij Tante aan Tafel aanschuiven. Het team van vrijwilligers en de buurtkok zet een tweegangen diner neer, zodat ook mensen bij wie het niet altijd vanzelfsprekend is dat er een warme maaltijd op tafel staat of dat je die in gezelschap kunt nuttigen gezellig samen kunnen dineren. De deuren staan open voor iedereen die daar behoefte aan heeft, of dat nou is omdat je geen zin hebt om te koken of omdat je behoefte hebt aan gezelschap. Zo vertelde een van de bezoekers; “Ik ben alleenstaande moeder en heb soms echt behoefte aan een gesprek met een volwassene en lang niet altijd meer puf om na een dag werken nog te koken.”
Maar het is niet alleen eten wat hier mensen samenbrengt. Er worden yoga sessies gegeven, er is een gratis repair-café voor elektrische apparaten, je kunt je breiwerk afmaken tijdens het haak en breicafe, of meedoen met de prikacties om de wijk schoon te houden. En dan zijn er de oogstfeesten, waarop buurtbewoners samen de groenten plukken en bereiden. Verder is Tante Toorop een speelkamer voor kinderen, met een kunst club op woensdag middag, evenementen rondom zwangerschap en relaties tussen ouder en kind. Ook zijn er moestuinen waarin kinderen leren over gezonde voeding, en zijn er kooklessen van Chefkids.
Er wordt veel samengewerkt met andere organisaties, zo komt ook de Groene Kans buiten hun tuinfeestje geven met gratis voedselmarkt.
Duurzaamheid in de stad
De Stadskas zelf is een staaltje circulair bouwen: opgetrokken uit materialen van gesloopte naoorlogse woningen. Binnen in het café is bijna alles gerecycled – van de tegels aan de bar tot het meubilair. Maaike heeft een opleiding in cradle-to-cradle design gevolgd en past die principes hier toe, zonder het van de daken te schreeuwen. “Ik vertel dat nooit zo graag,” lacht ze. “Dan lijkt het zo streberig. Maar voor mij is het logisch.” De eerste 7 jaar van haar leven is Maaike niet naar school gegaan ”De leraar zei altijd dat ik nogal autodidactisch was. Ik leerde het liever allemaal zelf uit boeken. Later werd Maaike ook vaak aangenomen voor haar analytische blik, “Ik werkte in een restaurant waar bij 9/10 borden we het blaadje sla een de tomaat weg gooide. Waardom doen we die er dan nog op?”
Haar perspectief op duurzaamheid is geworteld in haar jeugd in Afrika. “Als je in de bergen in afrika woont en je ziet dat de vuilniszakken moeten worden opgehaald met een helicopter, dan ga je wel even nadenken over dat ieder koekje verpakt zit in een los stukje plastic. En hoe los je dat dan op? Door zelf koekjes te gaan bakken, wat ook nog eens veel lekkerder is. Daarom denk ik dat het reizen of in andere delen van de wereld wonen mensen daarin ook een ander perspectief kan geven.”
De strijd met de stad
Maaike herinnert zich nog hoe het veld eruitzag voordat ze begon. “Een kale zandbak waar mensen op uitkeken. Mensen die hier buiten zaten hapten letterlijk zand.” Haar droom was de gezelligheid van een dorp bouwen in de stad, met moestuin en kampvuur. “Ik miste eigenlijk een gezellig cafe waar je kon binnenwandelen in de buurt wat ook voor vrouwen een fijne plek was. Er waren hier vooral nachtcafees, en er was vrij weinig waar mensen voor niet te veel geld samen konden komen. Ik wilde een plek waar de broodjes niet €12,50 voor een sneetje waren, maar ik had nooit durfen dromen dat het zo'n succes zou worden.”
Maaike begon met een plan voor een kruidenwinkeltje met een café, maar op de oude manier waar je dan met een potje verschillende zaden en noten kon komen tappen. Een plek waar kinderen een ijsje konden kopen voor een euro – zoals vroeger de sigarenboer op de hoek snoepjes verkocht. Maar de werkelijkheid gooide roet in het eten. Bouwplannen werden afgekeurd, “ik had een bouwplan waar 80% van werd afgekeurd”. Paden werden op de verkeerde plek aangelegd, de gemeente maakte fouten met bestemmingsplannen. “Het koffiezet apparaat stond hier al binnen, bleken de bestemmingsplannen nog niet aangepast te zijn. En dat is niet zomaar even gefixt, het voelde soms als pesten,” zegt Maaike. “Ik was hoogzwanger en moest nog papieren ondertekenen. Ik dacht alleen maar: die baby kan nu niet komen, ik moet dit eerst regelen. Mijn spaargeld, het pensioen van mijn moeder – alles zat hierin,” zegt ze. “Er was geen weg terug.”
De gemeente bestelde bomen, maar had nog geen gaten gegraven en liet ze in de hitte verdorren “we zijn met bewoners die bomen water gaan geven met echt honderde gieters, maar het heeft niet mogen baten want ze waren allemaal dood”. Ze bestelden nieuwe, die niet geschikt waren voor de grond. Weer dood. Ondanks de bureaucratie en tegenwerking heeft Tuin van Toorop standgehouden. En niet alleen dat – het bloeit, zowel de mensen als de tuin. Maaike is dankbaar voor de diversiteit van de buurtbewoners die langskomen “De een kan hier aan de munt thee zitten en de ander an een glas wijn, daar merk je eigenlijk niks van.
Toekomstmuziek
Waar hoopt Maaike over vijf jaar te zijn? “Niet hier,” zegt ze resoluut. “Ik hoop dat iemand anders het hier heeft overgenomen.” Ze wil een community starten in Scandinavië, “hier zijn zo veel regels, en beperkingen. Ik wil elke avond kampvuur en ik zou ook willen dat mensen bij mij op het terrein kunnen wonen.”
Maar zolang ze hier is, groeit de Tuin van Toorop door. Misschien komt er een kindermoestuin. Misschien nog meer gezamenlijke maaltijden. Misschien, bovenal, meer momenten waarop iemand zich even minder alleen voelt. Want ook vanuit een klein buurtinitiatief kun je veel invloed hebben op eenzaamheid, wegwerpcultuur of armoede. Dat laat Tante Toorop als geen ander zien, met hun activiteiten die soms gratis of op donatie basis zijn bieden ze aanbod voor jong en oud, ook als je even iets minder te besteden hebt.
Zo herkent Maaike ook de donutprincipes in het werk dat ze doet, binnen de ecologische grenzen van de aarde blijven terwijl we blijven zorgen dat we elkaar ontmoeten, genoeg eten, gezond blijven en leren.
Samen bouwen aan een betere toekomst
Als je door de Tuin van Toorop loopt, langs de moestuinen en spelende kinderen, of llangs de lange tafels waar buurtbewoners gezamelijk dineren, dan voelt het bijna vanzelfsprekend—dit is hoe het zou moeten zijn. Maar vanzelfsprekend is het allerminst. Dit soort plekken ontstaan niet zomaar. Ze vereisen doorzettingsvermogen, gemeenschap en een visie die verder reikt dan het nu. Het idee dat we niet alleen zijn, dat we kunnen bouwen aan iets dat groter is dan wijzelf. De Stadskas en het buurtcafé Tante Toorop laten zien wat er mogelijk is als je een plek creëert waar iedereen welkom is. Waar niemand wordt buitengesloten, of je nu komt om je handen in de aarde te steken, een maaltijd te delen of gewoon even ergens thuis te zijn.
Maar initiatieven als deze kunnen niet op eigen kracht blijven bestaan. Ze hebben ondersteuning nodig – van buurtbewoners die hun tijd geven, van de gemeente die obstakels wegneemt in plaats van opwerpt, van bedrijven die investeren in duurzame, sociale projecten.
De vraag is: hoe zorgen we ervoor dat ze niet alleen overleven, maar bloeien? Zodat over vijf, tien, vijftien jaar nog steeds iemand hier binnenstapt, aanschuift aan een tafel, een praatje maakt – en zich gezien voelt.
De deuren staan open. Nu is het aan ons om naar binnen te stappen.