Het vieze stukje gras in de Adriaan vd Horststraat wilden Ans en Frank graag veranderen in een ecotuin. Daar kregen ze ook toestemming voor van de gemeente. Het was de eerste jaren hard werken maar nu doet de natuur het meeste werk en hoeft de tuin alleen beheerd te worden door het bijenhotel, de vogelhuisjes en het egelhotel in goede staat te houden en de natuur binnen de rode lijntjes van de gemeente te laten kleuren. Door jaarlijks het zelf gewonnen biologische zaad uit te delen en de buurt te informeren over duurzaamheid en biodiversiteit via het infobord op de achterkant van het bijenhotel hopen ze de stad groener te maken.
Maar dat is niet het hele verhaal van Adriaans Ecotuintje.
Door een boomspiegelproject leerden Ans, Frank en de afdeling zelfbeheer elkaar kennen, door onze groene vingers en ecologische ideeën mochten we de groencoach-cursus volgen en ontstond het idee van een ecotuintje op de plek waar toen nog een verwaarloost stukje gras met drie bomen lag dat alleen af en toe gehakseld werd. We kregen het hout van een gekapte wilg en een startkapitaal van de regiegroep, de buurt maakte geen bezwaar en het project kon beginnen. We sloegen paaltjes in de grond voor een takkenril met de hulp van enthousiaste buren, daar konden de dunne takken van de wilg in en de rest was snoeihout uit de buurt. Er werden paadjes aangelegd met de dikkere takken, we kregen houtsnippers van de gemeente en omdat we het gras niet af mochten steken van de gemeente werden er alleen vier perkjes kaal gemaakt. Het kernteam plantte 600 krokussen in het gras en op ons eerste buurtfeest gingen met hulp van de buurt alle andere biologische bollen in de perkjes die daarna ingezaaid werden met gratis zaad van de Pollinaters met een hapje en een drankje toe.
Frank heeft toen heel vaak gemaaid en we voerden het maaisel daarna meteen af. Sjaan maakte van afvalstenen een muurtje om een van de perkjes waar we zand voor de grondbijen en de vogels in storten (maar de katten vonden het ook een prima kattenbak dus werd het drollen opruimen ook een van de onderhoudstaken). Met zaad uit de Oeverlanden en de Kruidthoeck probeerden we de biodiversiteit te verhogen, ook het feit dat we meerdere biotopen introduceerden droeg daaraan bij. Onder de bomen was veel schaduw en het gras had de volle zon.
De bouw van het bijenhotel was weer een gezamenlijk project: blikjes verzamelen, riet snijden en gaatjes in hout boren en uiteindelijk de bouw van het hotel en het plaatsen. We hadden en hebben daarbij veel hulp gehad van onze technische man Arend die naast de kennis ook veel apparatuur beschikbaar stelde en stelt. Dit alles speelde in de Coronatijd, het tuintje was toen echt onze troostplek waar we gezamenlijk maar toch op afstand goed samen konden werken. Marjolein en Ans timmerden van alle restjes hout het egelhuis en we adopteerden twee egels uit de opvang. Ieder jaar zag de tuin er weer anders uit en het werd steeds biologischer en diverser. Helaas brak er tijdens een storm de helft van de naaldboom af en probeerde Yvonne, die alle contacten met de gemeente voor haar rekening nam, contact te krijgen met de Bomenafdeling. Om een lang verhaal kort te maken komt het er op neer dat we na een hele lange tijd opeens alleen een stobbe zagen en was dus de boom helemaal gekapt. Ook alle pogingen hierna om contact te krijgen met de Bomenafdeling mislukten tot dat er op een ochtend toen zowel Ans als Yvonne niet thuis waren er grote vrachtwagens in de straat verschenen en er 30 vierkante meter uit onze bloemenweide was verdwenen in een vrachtwagen inclusief onze bollen. Waarschuwingen van buren werden genegeerd want "er was een opdracht van de gemeente." We schreven een protestbrief aan de gemeenteambtenaren, de politiek en de Westerpost die snel reageerde met een stuk in de krant. Van de rest hoorden we niets tot dat Yvonne zelf met de ambtenaren belde en Ans via via weer in contact kwam met de afdeling zelfbeheer.
Ere wie ere toekomt Wouter heeft alles zo veel mogelijk geprobeerd goed te maken door de vette bomenaarde te laten vervangen door biologische schrale grond en biologisch zaad. In het najaar krijgen we nieuwe bollen, maar het duurt wel een jaar of twee voor alles weer een mooi geheel vormt. Eén ding hebben we er mee gewonnen namelijk een goed hernieuwd contact met zelfbeheer. Het kernteam waar we mee begonnen is intussen ook veranderd, Frank is naar Zeeland verhuist, Ans en dochter Marjolein gaan door en zijn op zoek naar opvolgers die het zelfbeheer ter zijner tijd over gaan nemen.
Met het geld dat we krijgen hebben we o.a. vogelhuisjes, struiken, planten, zaad en materialen zoals handschoenen aangeschaft en worden er ook buurtactiviteiten georganiseerd.