Sinds 2016 voert een vereniging met vrijwilligers het beheer van 0,5 hectare groen voor het oude ACTA gebouw. Zij beheren dit stuk groen voor de woningbouwvereniging en zijn verantwoordelijk het netjes te houden maar mogen daarbij zelf de invulling geven van het type groen. Vanuit het bestaande groen, werken zij aan drie vormen voedselbos. Het doel is om voedsel op een natuurlijke (bos) manier te groeien en een hogere biodiversiteit te ontwikkelen.
Ons voedselbos maakt gebruik van de ecologische principes van een natuurlijk bos. Dat betekent dat ploegen, irrigeren, bemesten, wieden, schoffelen en spuiten niet nodig is. Alles groeit op natuurlijke wijze. De oogst is nu nog gering, maar zal wel jaarlijks gaan toenemen want er hoeft niet iedere keer weer opnieuw begonnen te worden. Het systeem bouwt ieder jaar verder op.
Hof van Acta stimuleert de biodiversiteit. Het bos bestaat uit verschillende lagen van bomen, struiken, kruidachtigen en klimmers. Deze trekken op hun beurt weer insecten, vogels en andere dieren aan.
Op een halve hectare grond, ingeklemd tussen flatgebouwen en het imposante ACTA-complex, dat sinds 2010 geen tandheelkunde meer huisvest maar kunstenaars, activisten, studenten — en een stukje bos. Dit is het Hof van Acta, een experiment in de marge van de stad. Er lopen paden, her en der staat een bankje. Er zijn poelen en schaduwplekken, struiken waar insecten zoemen, bomen die nog wennen aan hun plek.
“We noemen het een biodivers bos,” zegt Albert. “Hier proberen we iets terug te geven aan de aarde.”
Wat begon als een adoptieproject van buurtvrijwilligers, is uitgegroeid tot een gelaagd ecosysteem waarin planten, dieren én mensen hun plek vinden. Het is een plek waar niets hoeft te worden omgeploegd, geschoffeld of gespoten. Waar de bodem zichzelf herstelt, waar snoeiafval blijft liggen en voeding wordt. En waar, zoals Albert zegt, de kunst vooral is “om zo min mogelijk te doen.”
De oogst is nog bescheiden. Toch is het Hof geen tuin van tekorten. Alles draait om tijd, opbouw, rust. Wie zich haast, mist het verhaal.
Het verhaal, dat zit verstopt in de lagen van het bos. Letterlijk: in de kroonlaag van notenbomen, de tussenlaag van bessenstruiken, de kruiden die daaronder groeien, en de klimplanten die alles verbinden. Maar ook figuurlijk: in de gesprekken tussen vrijwilligers op zondagen, in de terugkerende studenten die hun vragen laten wortelen, in het moment waarop iemand tijdens een rondleiding leert dat de Paw Paw geen grap is maar een echte vrucht — met zachte, romige binnenkant.
Het bos is opgedeeld in drie zones: een noordelijk deel waar voedselproducerende bomen en struiken zo veel mogelijk met rust gelaten worden, een zuidelijk deel met meer menselijk onderhoud, en in het midden een wilde zone — onaangetast, juist om ruimte te laten aan natuurlijke processen als plaagbeheer, schuilplaatsen en spontane groei.
Tien jaar geleden was dit terrein een vergeten groenstrook. Juist daarom wilden ze iets opbouwen dat de stad niet weer weg kon duwen.
Inmiddels is het Hof zichtbaar en voelbaar aanwezig. Dankzij steun van onder andere het Donutfonds werden grote infoborden geplaatst. Er zijn nieuwe paden aangelegd, vijvers gegraven, inheemse planten teruggebracht. Het is geen plek voor snelle oplossingen, maar voor trage inzichten. “De eerste jaren zijn het zwaarst,” zegt Albert. “Je plant, je wacht. En dan ineens merk je: hé, het systeem begint te draaien.”
De betrokkenheid groeit. Buurtbewoners melden zich aan voor een rondleiding, studenten van de HvA maken een project. Zelfs verweesde planten — achtergelaten op stoepen, overgebleven van renovaties — krijgen hier een tweede kans. “Het Hof is een asiel voor flora,” zegt een vrijwilliger met een glimlach. “En voor onszelf soms ook.”
Het Hof van Acta is meer dan groen. Het is een antwoord op de vragen van deze tijd: op stedelijke verdichting, klimaatstress, verlies aan biodiversiteit, vervuilde lucht. Zonder grote woorden te gebruiken laat het zien wat wél kan: bodemverbetering via stikstofbinders en schimmels, wateropvang door vijver-wadi’s, voedselproductie die stil en duurzaam ontstaat.
Er wordt gewerkt aan een bloesemboog, zodat insecten het hele jaar door iets te halen hebben. Er zijn vogelhuisjes, takkenrillen, windkerende hagen en plekken voor egels. Alles draagt bij aan een veerkrachtig ecosysteem — langzaam opgebouwd, duurzaam in haar wortels.
Het Hof is ook een plek van kennis. Via rondleidingen en uitlegplekken wordt inzicht gedeeld over bodemleven, eetbare gewassen, stadsnatuur. Ze doen mee aan tellingen van vogels en insecten, delen ervaringen in stedelijke netwerken zoals Buurtgroen020, en denken na over wat schoonheid in ontwerp kan betekenen als het tegelijk voedend en wild mag zijn.
In een wereld waarin steeds vaker data en rendement leidend zijn, biedt het Hof van Acta iets radicaal anders: een plek waar dingen langzaam mogen gaan, waar stilte iets betekent, en waar samenwerking gericht is op leven, niet op winst.
Het is een bos dat ons uitnodigt om te leren luisteren — naar wat groeit, naar wat nodig is, en naar elkaar. Een bos dat zich niet laat opsluiten in beleidsdoelen of jaarplannen, maar wel een model kan zijn voor stadsontwikkeling die begint bij bodem en buurt.
En misschien is dat wel de grootste opbrengst van dit bos tussen het beton.
Niet de Paw Paw of de Schijnaugurk.
Maar de gedachte: het kan anders. En het is al begonnen. Stil, kruipend, wortelend — in de luwte van een stad die het bijna vergeten was.